Stoofvlees bestaat blijkbaar in ontelbare varianten. Maar nog nooit proefde ik ergens anders het recept van mijn grootmoeder, overgenomen door mijn moeder. Ik ben van plan het vanavond dan ook klaar te maken voor mijn ventje. Ik ben er namelijk van overtuigd dat hij het eerst vreemd en dan super gaat vinden.
Ingrediënten:
Rundsvlees, gehakt, een grote ajuin, een pot (zure) appelmoes, zout, peper, muskaatnoot, een scheutje azijn, een scheut water, suiker (of pruimenconfituur).
Bereidingswijze:
Rol het gehakt in balletjes.
Snijd het rundsvlees in kleine blokjes.
Laat wat boter bruinen in een kom (belangrijk: boter moet bruin zijn!)
Bak dit alles aan met goed veel boter in de kom.
Snipper de ajuin.
Gooi de ajuin bij het vlees en kruiden met zout, peper en muskaatnoot. Eventjes laten stoven zodat de ajuin gefruit is.
Voeg wat water en een scheutje azijn toe en laat alles even doorkoken.
Voeg de appelmoes en een paar soeplepels suiker toe (of een soeplepel pruimenconfituur). Goed roeren en een kwartiertje laten sudderen op een klein vuurtje met het deksel op de pan, regelmatig omroeren om te vermijden dat de saus zou aanbranden.
Serveren met patatjes, frietjes passen hier niet zo goed bij.
Smakelijk aan de durvers!
Pingback: Blinde vinken in ajuinsaus « Endimi