Weet je wat? Zo een kindje dat laat je eigenlijk langzaamaan wennen aan het ouderschap. Wanneer het een baby is ligt dat dagen ver te slapen. In het meest positieve geval weent dat als het honger heeft, of kou, of een vuile broek die begint te plakken. Je draagt dat wat mee in een draagdoek want het is licht. Je geeft dat op tijd en stond eten en ok je laat hier en daar wat slaap maar een gemiddeld kind is dus in het begin relatief makkelijk.
Dan worden ze groter: kruipen en ze willen in dat bekrompen park niet meer. Dan stappen en o wee als dat park nog in het zicht staat. Tegen dan moet je al lang aan het idee gewend zijn om de kasten op slot te doen. En de boekenplank te herschikken. Hekjes zijn ook geen overbodige luxe meer. In welk hoekje gaan we dat potje nu beschikbaar stellen?
En voor je het weet word je bij vrienden of familie uitgenodig die kindjes hebben van een paar jaar ouder en hoor je de vraag: “zullen we naar de speeltuin gaan? Da’s gezellig voor de kindjes en het wordt mooi weer!”.
De speeltuin dus, en dat is niet meer een grasveld en daarop een schommel, een glijbaan en een wip en als het een grote speeltuin was zo een ton om in te lopen en zo een draaimolen die ge zelf in gang moet sleuren. Hele constructies voor alle leeftijden: zelfs een ding dat eruit ziet als een gecrasht vliegtuig, doolhoven, touwen, superdeluxe glijbanen, zelfs klimrekken met computergestuurde spelletjes. Alles beschermd met zachte zandbakken, rubberen tegels en zelfs verende op gras lijkende vloerbedekking in de meest funky kleurtjes. Zelfs een gemotoriseerde schommel voor rolstoelgebruikers was beschikbaar zodat ook zij kunnen genieten van de speeltuin.
De speeltuin is niet meer wat hij geweest is, ik denk dat er nog heel wat bezoekjes gaan volgen.